Een goede praktijkopdracht voor CKV, het voor (bijna) iedereen verplichte kunstvak, is goud waard. Het is namelijk nogal lastig, zo weet ik uit eigen ervaring, een opdracht te ontwikkelen waaraan men individueel of in een groepje kan werken, die aansprekend is voor alle leerlingen, en waarbij verschillende vaardigheden op 2- en/of 3-dimensionaal gebied getoond kunnen worden. Oh ja, het zou leuk zijn als ook wat aspecten van beeldende kunst en/of ‘low’ of ‘high culture’ een rol zouden kunnen spelen. Ga er maar aan staan, of, beter in dit geval, ga er bij zitten!
‘Een flashmob (Nederlands: “flitsmeute”) is een (grote) groep mensen die plotseling op een openbare plek samenkomt, iets ongebruikelijks doet en daarna weer snel uiteenvalt. De eerste flashmob werd in mei 2003 georganiseerd in de New Yorkse wijk Manhattan door een redacteur van het blad Harpers Magazine, Bill Wasik. In augustus van datzelfde jaar waaide het fenomeen over naar de rest van de wereld.’
Het is schooljaar 2002-2003, je bent met je collega’s aan het nadenken over een praktijkopdracht CKV1 (zoals dat toen nog officieel heette) en je zoekt naar iets waar alle leerlingen hun ei op de een of andere wijze in kwijt kunnen. Er moet iets van tekenen, handvaardigheid en drama in als het even kan, en, oja, misschien is het ook wel aardig iets met de computer te gaan proberen!
Vandaag, 15 oktober, las ik dit stukje van Volkskrantjournalist Aleid Truijens in mijn lijfblad van vandaag. Verder commentaar van mijn kant totaal overbodig: helemaal mee eens, niks meer aan doen, gewoon zo laten!