Tijd heelt alle wonden niet
Het scheelt misschien in tranen
En wat een ander aan je ziet….
Van tijd tot tijd loop ik zo eens binnen bij mijn oud-collega’s op de KSE.
Om zo min mogelijk te storen informeer ik natuurlijk eerst netjes naar wanneer het het beste schikt.
We praten dan wat bij, als er mooi nieuw werk van de huidige generatie tekenklanten te zien is op de prikborden fotografeer ik dat voor een bericht op dit blog en eigenlijk gaat er geen bezoek voorbij of Michiel, onze dierbare vriend en collega die we op 12 april alweer vier jaar moeten missen, komt ter sprake.
Nog steeds is hij bij ons: op een grote foto van een optreden met zijn band in het tekenlokaal waarin hij, net als ik destijds vóór mijn pensioen, zijn ‘vaste basislokaal’ had. En bij Richard in zijn lokaal, waar hij aanwezig is op foto’s die Richard op de kast bij zijn werkplek heeft opgehangen als middelpunt van een fraaie collage.
In de bibliotheek en mediatheek van de KSE op een schitterende muurschildering is hij te vinden, en natuurlijk bij ‘zijn’ eikenboom die bij de herdenkingsdienst na zijn overlijden in 2019 daar geplant is in de tuin van de school ter nagedachtenis aan hem.
Vaak komt Michiel nog voorbij: in onze gesprekken, onze herinneringen en onze gedachten.
Soms komt dan het oude verdriet weer opzetten, meestal is er ook een glimlach als we ons herinneren hoe gezellig, vertrouwd en ook vaak uitbundig en intens de contacten met Michiel waren, maar altijd is er de weemoed en spijt omdat we zo vroeg afscheid van hem hebben moeten nemen.
Rouw verandert steeds van vorm en kleur.
Het is eigenlijk nooit klaar, want je wil iemand bij je houden en daar hoort dan bij dat je iemand mist.
Door de wijze waarop mijn collega’s en ik ons Michiel mogen herinneren is hij er toch nog steeds, ook na vier jaar .
Door zo onze herinneringen te mogen blijven delen help je niet alleen jezelf.
Ook de ander.
Het zorgt voor verbinding.
Met degene die je verloren bent, maar ook met degene waarmee je het deelt.
Michiel Eikenaar, lieve vriend en beste collega.
We missen hem eindeloos
maar houden hem dichtbij in onze verhalen.