Mijn onvergetelijke schoonvader ‘meester’ Zopfi, hoofd van de Sint Janschool in Sprundel zei het al een tijdje voordat ik hem daadwerkelijk voor mijn neus zou krijgen in de tekenles: ‘Ad Thijs komt volgend jaar naar de KSE en dat is een heel bijzondere jongen met vele en brede interesses waarin hij zich graag uitgebreid verdiept. Bovendien heeft hij een speciaal gevoel voor humor en komt hij soms met de meest originele en onverwachte ideeën’. Mijn schoonpapa had daarmee geen woord teveel gezegd.
Op de KSE heb ik Ad een aantal jaren in de klas mogen hebben en ik heb me destijds steeds uitstekend weten te amuseren met hem en zijn klasgenoten.
Ad zou later bovendien mijn collega Levensbeschouwing worden op de KSE en, wat ik als zijn oude tekendocent natuurlijk ontzettend weet te waarderen, hij heeft zijn tekentalenten èn zijn gevoel voor humor wat daarin steeds doorklinkt, al die jaren ten volle gebruikt voor allerlei doeleinden.
Maar laten we beginnen bij het begin.
De eerste kennismaking met Ad vond plaats in de tweede klas (V2B) in schooljaar 1976-1977. Hij zat daar op VWO met Latijn en met name voor dit publiek had ik dat jaar een aantal opdrachten waarin kunstgeschiedenis en praktijk in relatie tot elkaar gepresenteerd werden. Meer daarover lees je hier. Een tweetal werkstukken uit dat jaar had Ad nog bewaard en die zie je, vergezeld van zijn commentaar (als cursieve tekst) hieronder.
Carter’s ontdekking van het graf van Toetankhamon. Ik weet eerlijk gezegd niet meer of ik dit in jouw les heb gemaakt, of bij een collega in de brug of de tweede. (Ergens vaag in mijn hoofd zit de naam Kantelberg -kan dat?) Peter Kantelberg, waar Ad in de brugklas tekenles van kreeg viel in die jaren inderdaad in als vervanger voor Jan van den Brink die toen een tijdje uit de roulatie was. In het middelbaar onderwijs had deze beeldend kunstenaar weinig te zoeken, als schilder heeft hij zich daarentegen prima weten te ontwikkelen! De Egyptische grafkamer kwam inderdaad bij mij in de les tot stand! Ik weet ook niet meer wat de precieze opdracht was. Geen meesterwerk, maar wel een tekening met een zekere voorspellende waarde: blijkbaar werd ik toen al in de richting van Egyptologie gestuurd, een studiegebied waar ik inmiddels alweer bijna dertig jaar onderzoek naar doe.
De voorwerpen zijn vrijwel allemaal authentiek, maar onder de hiëroglyfen ontdekte ik, tussen min of meer correcte glyfen, o.a. het peaceteken, een swastika en het wortelteken. Het geheel had wat minder streperig gemogen…
De Mayatempel. Gemaakt tijdens jouw les. Ik herinner me nog dat jij de dwarsstreepjes op de tempeltrappen zelf had toegevoegd. Kort daarna kreeg ik via een oom een hele stapel oude schilderijlijsten, en dit leek me wel een aardig iets om in te lijsten. De natuur die terrein terug verovert op de beschaving is een thema dat me al boeit sinds ik, ongeveer in die tijd, The Day of the Triffids van John Wyndham las.
In schooljaar 1979-1980 zat Ad in een tekenkeuzegroep met Vwo 5-leerlingen. Op vrijdag het 7e en 8e uur maakten we er met zijn allen het beste van en in een ontspannen sfeer waarin ook ruimte was voor wat muziek bij het werk (Ads favoriete Bonzo Dog Doo Dah Band) en gesprekken en discussies over van alles en nog wat, kwam er mooi werk tot stand. Onderstaand twee werkjes van Ad en zijn kameraad Rogier die elkaar moesten tekenen met op de achtergrond zaken uit elkaars belangstellingssfeer. Overigens verdenk ik Ad ervan een aantal eigen hersenspinsels in de tekening met het portret van Rogier verwerkt te hebben.
Rogier Donders tekent Ad
Die maanlanding past heel duidelijk bij mij, want ruimtevaart en sterrenkunde waren hobby’s van mij. De getekende kin is iets wilskrachtiger dan die van mij (waarvoor nog dank, Rogier…)
Ad tekent Rogier
Toen ik, na zoveel jaren deze tekening terugzag, twijfelde ik aanvankelijk een beetje of het een zelfportret of een portretopdracht was. Bril en kapsel passen eigenlijk zowel bij Rogier als bij mij. Het is een redelijke weergave van Rogier , maar het had ook een zelfportret kunnen zijn. De achtergrond heeft, voor zover ik me nu herinner, niet direct een relatie met Rogier, al zal die er indertijd wel geweest zijn. Het was toen wel een periode van doemdenken, met kernrampen, oorlog, etc. Ik kon het trouwens blijkbaar weer niet laten om er twee vaste elementen in te stoppen: rechts van het portret sta ik zelf twee keer (met “Viva Zappa” en met mijn hoofd op een staak) en aan het kapsel te zien, sta jij er ook twee keer op: één keer op de rug gezien en dan het achterste hoofd (ook op een staak:). Linksvoor meen ik Chroestjov en Franco te herkennen (uit ons geschiedenisboek, vermoed ik -we hadden toen aanzienlijk minder bronnen tot onze beschikking dan nu, het was roeien met de riemen die je had… De explosie aan beeldmateriaal lag nog in de toekomst.)
In bijna zijn hele middelbare schooltijd is Ad betrokken geweest bij het schoolblad als illustrator, striptekenaar en (hoofd)redacteur. Hieronder een fraai voorbeeld van zijn tekenwerk voor schoolblad Orakel, een van de opvolgers van het roemruchte Slurfje. Uitgangspunt voor deze cover was het schilderij ‘Jupiter en Semele‘ van de Franse symbolist Gustave Moreau, en het Amerikaanse Vrijheidsbeeld met in de tekening tal van verwijzingen en toespelingen op allerlei zaken en kwesties. Ad geeft daarvan hieronder zelf wat voorbeelden en in de detailafbeeldingen hieronder zijn die vast met enige moeite en wat speurwerk terug te vinden. Eerder had Ad een legendarische cover voor Orakel vervaardigd die gebaseerd was op de hoes van het baanbrekend Beatles meesterwerk ‘Sergeant Peppers Lonely Hearts Club Band‘. Dat ontwerp en alle toespelingen daarop zijn hier te vinden!
Een waar zoekplaatje met heel veel verwijzingen. Ik noem er een paar:Sgt. Pepperkaft
-links achter de engel de hoes van Trout Mask Replica van Captain Beefheart-The picture of Dorian Gray van Ivan Albright, naar het boek van Oscar Wilde -linksonder Het Laatste Avondmaal van Da Vinci -veel verwijzingen naar “de antichrist” en 666 (dat thema hing toen in de lucht en leende zich natuurlijk perfect voor verborgen verwijzingen) -astrologische symboliek, mede geïnspireerd door de toen op de KSE opgevoerde musical “Hair” (the age of Aquarius -zie de centrale figuur met de opgeheven handen, geleend van Sjaaks tekening voor het programmaboekje -weggemoffelde bijbelcitaten vaak ook in relatie tot de Apocalyps en de antichrist
-het toenmalige KSE-logo –de Venus van Willendorf
-een gedicht van Lucebert (“dat rond deel deel dat rond”) hier geïnterpreteerd als een verwijzing naar de hostie
-Jezus als de Alpha en Omega (vooruitwijzingen naar mijn toekomst als theoloog?) -linksboven de beroemde Pioneer plaque
Het mag duidelijk zijn. Ad was (en is) een creatieve geest met veel humor, veel inhoud en een talent voor tekenen dat er wezen mag. Meer over deze nog altijd creatieve geest in volgende afleveringen!