Tussen 1978, toen onder zijn leiding ‘Adieu Paris‘ werd opgevoerd, tot aan 1986 werden de KSE-musicals altijd gekozen en geregisseerd door muziek collega Frans van Bommel. Met veel succes bracht hij o.a. ‘West Side Story’.’Jesus Christ Superstar’, ‘Hair’, ‘Evita’, The Sound of Music’ en ‘Anatevka’ voor het voetlicht. De leerlingen en docenten die in deze opvoeringen acteerden, zongen de nummers mee met de originele plaatopnamen. Pas bij ‘Anatevka’ in 1984 wordt er live gemusiceerd door het schoolorkest als begeleiding.
Jaren lang waren deze musicals de trots van de school totdat tijdens ‘Anatevka’ in 1984, een inspecteur van BUMA/Stemra in de zaal zat. Na de voorstelling meldde deze functionaris zich bij rector van den Dungen met een rekening van 17.500 gulden wegens het niet voldaan hebben van de over deze voorstellingen verschuldigde auteursrechten. Via knipselkranten was men op de hoogte gekomen van de KSE-uitvoeringen. Publiciteit kan zo helaas ook in je nadeel werken… Rector Tiny van den Dungen wist het bedrag van 17,500 gulden echter op zijn eigen onnavolgbare wijze terug te brengen tot 1800 gulden, maar met de opvoering van dit soort internationaal bekende musicals was het definitief over en uit.
Dit voorval werd logischerwijze aanleiding om over te stappen naar musicals met een bescheidener prijskaartje. In 1986 werd ‘Er is nog hoop’ opgevoerd. Dit was een musical die in 1972 geschreven was door een aantal docenten uit Weert en waarvan de KSE voor een vriendenprijs de rechten kreeg voor een aantal voorstellingen die qua tekst en muziek door de eigen KSE-docenten aangepast werd. Dit omdat de teksten uit 1972 bepaald niet pasten bij het 1986-jargon.
De musical ging over een eindexamenkandidaat en had derhalve voor de leerlingen veel herkenbare situaties in zich: klassenfuiven, verliefdheden, beroepskeuze,eindexamens en de tijd daarna, en nog veel meer.
Ondergetekende maakte samen met de examenleerlingen voor tekenen en niet te vergeten meester-timmerman Gerard Donkers van de technische dienst het decor: een enorme ‘grafittiwall’ over de hele lengte van het toneel (zo’n 20 meter).
De regie was voor het eerst in handen van collega Nederlands Riet Schoondermark, mijn oud-leerling en (toen nog) jonge collega muziek Kees Gobbens had de muzikale leiding en oud-leerling Peter van den Bosch tekende voor de choreografie. De jaren daarna zijn op deze basis van deels zelf geschreven scripts meerdere opvoeringen geweest, maar daarover later wellicht meer.