Nu mijn kleindochter Britt de KSE onveilig maakt, vind ik het natuurlijk erg leuk om over haar schouders af en toe mee te kijken naar de opdrachten waarmee zij in de brugklas bezig is tijdens de tekenles. Zij heeft les van mijn goede oud-collega en opvolger Dave Roelands (hij vertelde me onlangs dat zijn beide collega’s Michiel en Richard hem wel eens plagerig ‘de nieuwe Sjaak’ noemen, maar Dave is gewoon Dave en da’s maar goed ook).
Britt vindt hem in ieder geval een van de leukste docenten, dus dat zit wel snor. Natuurlijk begint het hele brugklasverhaal ook voor haar met materiaaloefeningen en verkenningen zoals de bekende grijsreeksen en kleurencircels.
Vandaag aandacht voor de eerste echte ‘serieuze’ opdracht met de titel ‘fantasievoertuig’. Een opdracht die wel wat lijkt op de hier al eerder besproken ‘autovliegbootlocomofiets‘. Bij het fantasievoertuig wordt een beroep gedaan op aspecten uit de eigen belevingswereld van de leerling.
Dat kan te maken hebben met favoriete tv-programma’s (Sponge-Bob is bij de Britt en veel andere brugklassers nog steeds zeer populair), maar ook met aspecten uit het eigen dagelijks leven (in Britts werkstuk figureert in de aanhanger haar favoriete manegepaard).
Voorstudies naar de waarneming, beeldmateriaal verzamelen, een mindmap maken, al deze zaken horen er ook bij, zie de tekening in wording van de speelgoedpolitieauto.
Zoals in de opdrachtomschrijving hierboven te lezen is krijgen de leerlingen meteen al een opdracht waarbij bewust nagedacht dient te worden over wat ze gaan tekenen, en tips hoe het het beste aangepakt zou kunnen worden.
Vanaf het eerste begin procesmatig werken dus, maar wel zodanig dat de voorkeur van de leerling voor een bepaalde sfeer of ‘wereld’ naar eigen keuze tot uiting gebracht kan worden.
Volop mogelijkheid dus om deze opdracht ‘naar zich toe te trekken’. Hieronder een aantal werkstukken van Britt en haar brugklascollegaatjes waarbij de groter variatie opvalt.