Het valt niet altijd mee om leerlingen uit te leggen waarom ook abstracte kunst zijn waarde kan hebben, zoals onlangs al hier beweerd. Op Havo en Vwo zat in het bovenbouwcurriculum in het verleden jaren lang de opdracht ‘Blow-up’.
Dit is aflevering 500 van mijn blog. Niet te geloven dat het zoveel afleveringen zijn geworden vanaf oktober 2012. Het mooie is: er is nog geen moment geweest dat ik me af moest vragen waar het nu weer eens over zou moeten gaan: mooi materiaal (mede ook van mijn lieve oud-collega’s) en inspiratie genoeg, al doen oud-leerlingen die dit lezen en nog wat uit hun KSE-tijd hebben liggen me natuurlijk een zeer groot genoegen door mij foto’s hiervan op te sturen zodat ik er hier weer een mooi verhaal van kan maken!
Op het einde van mijn studie voor tekenleraar in Tilburg in de zeventiger jaren van de vorige eeuw werd kring Zuid van het NVTO ( de Nederlandse Vereniging voor Tekenonderwijs) een begrip. Het gezelschap ontwikkelde zich, mede onder invloed van de vakdidactische theorieën van Wout van Ringelenstein en Toon Gerritse (van wie ik vijf jaar vakdidactiek en methodiek mocht krijgen) tot een ware ‘Gideonsbende’ die het vak tekenen uit de sfeer van de vaak verkeerd geïnterpreteerde ‘vrije expressie’ zou halen. Een aantal mensen uit dit gezelschap vond elkaar en heeft destijds o.a. een serie werkbrieven voor tekenen het licht doen zien waarvan ik,samen met veel andere toen beginnende collega’s, gebruik heb gemaakt.
Er zijn van die opdrachten die in een bepaalde ‘oervorm’ ontstaan en dan een ware evolutie ondergaan, omdat verschillende collega’s ermee aan de slag gingen en er hun eigen interpretatie aan gaven of bepaalde accenten verlegden. (meer…)